Door een roze bril, in de wolken.
Verliefd zijn. Als dit woord valt zijn de oren direct gespitst. Zo hoop ik ook dat jou oren gespitst zijn bij het lezen van dit verhaal. Je oren gespitst en je ogen wijd open.
Wat is dat toch, verliefd zijn? En hoe komt het dat de volle aandacht trekt zodra je dit woord laat vallen? Aan het einde van dit verhaal heb je daar een beter beeld van gekregen…
Als je verliefd bent lijkt het wel of het leven een extra dimensie krijgt. Het maakt je energiek, het drijft je voort, het doet je trillen van binnen.
We denken meestal dat verliefdheid gericht is op personen. De manier waarop die ene lacht, of die oogopslag die zo’n ontwapenend effect op je heeft. Het is iets dat je vertederd en je raakt op een plaats waar je kwetsbaar bent.
We noemen dat een zwak hebben voor… Terwijl het juist heel sterk is als je laat raken, door de schoonheid van de wereld, dat weergaloze muziekstuk of de manier waarop iemand iets doet of laat.
Toch is verliefdheid niet strikt verbonden met personen. Je kunt verliefd worden op een huis dat je zomaar tegenkomt. Je kunt je hart verpanden aan een vakantieoord. Om nog maar te zwijgen over de liefde die kunt voelen voor een dier. Omdat het klein en schattig is of omdat het op zijn manier heel eigen, authentiek, is.
Het kan evengoed ook een idee zijn dat je hart sneller doet kloppen.
Laatst had ik een gesprek Esther. Ze sprak op hoge en versnelde toon. Ze was helemaal vol van wat er op haar pad gekomen was. Ze wekte heel hard, vaak een te beetje hard. Dat maakte haar verbeten, dan ging de lol er af. Ze merkte dan na enige dagen dat ze steeds minder even lachte.
Nu deze gedachte in haar brein had post gevat was er altijd iets dat haar deed glimlachen. Als er even niets was dat haar aandacht opeiste dan dacht ze automatisch weer aan dat ene. En voelde ze hoe de levensenergie begon te stromen door aderen. Hoe ze er warm van werd, het maakte haar zacht. Maar bovenal ook daadkrachtig.
Ze was niet meer zo groen als gras. Soms maakte dit alles haar ook een beetje bang. Stel nou zei ze, stel nou dat magie straks verbroken is? Dat de hoop die ik nu voel toch geen waarheid blijkt te zijn? Stel nou dat ik in een illusie leef?
Iedereen die de puberteit heeft overleeft die weet dat verliefdheden komen en gaan. Net zoals de zon elke dag weer ondergaat. Hoe schitterend zijn opkomst ook geweest mocht zijn.
Hoe mooi het leven ook kan zijn, telkens is er weer die harde realiteit die zich aan ons opdringt. Dat dingen die eerst vanzelf leken te gaan dat opeens niet meer blijken te doen. Net zoals kunt merken dat lopen in een zwembad heel zwaar is. Dat is het moment waarop je realiseert dat het leven boven alles toch hard werken is.
Dat is waarom men zegt, liefde is een werkwoord.
Een verliefdheid die gekomen is verliest vroeg of laat zijn frisheid. In het huis waar je zo verliefd op geworden was bleek de afwas, het stofzuigen en strijken van je kleding net zo goed een vast ritueel van je leven te zijn als in het krakkemikkige huis waarin je je daarvoor door het leven sleepte.
Toch is dit niet de hele waarheid. Natuurlijk, niet alle liefdes die je levenspad kruisen zijn bestand tegen de tand des tijds. Er zijn vele liefdes geweest, die kort en onstuimig begonnen, hun neergang al weer inzette voordat ze echt begonnen waren.
Dit is de eb en vloed van het bestaan. Vreugde en verdriet zijn de polen van je bestaan waarop je heen en weer geslingerd wordt. Blijdschap krijgt nog meer betekenis als weet wat droefheid is.
En toch, we moeten ons goed realiseren dat verre weg de meeste mensen, de meeste huizen en de meeste plekken op aarde ons volstrekt koud laten. Je ziet ze niet eens, het is onbeduidend voor je.
Als er iets is waar je hart sneller van gaat kloppen, dan is als het ware een vonkje. Een vonkje dat het vuur in jou heeft doen ontbranden. Een vonkje is met recht iets dat klein en onbeduidend is. Maar onder de juiste omstandigheden kan leiden tot een immens vuur.
Als er zo’n vonkje is ontbrand dan is dat een moment om waakzaam te zijn. Vonkjes bestaan een korte tijd, voor je er erg in hebt is het er niet meer. Maar ze komen niet uit luchtledige vallen. Vonkjes hebben een recept en als je weet hoe je vonkjes maakt. Dan weet je wat er voor nodig is om jezelf te kunnen warmen aan het vuur.
Dit was de les die ik Esther wilde meegeven. Dat wat haar zo vervulde heeft de potentie om te groeien naar haar habitat. Haar biotoop, een plek waar ze zich kan laven en opladen. Mits ze bereid is er voor te werken en er de juiste omstandigheden er voor te maken.
Het verhaal van Esther doet me denken aan ons project voor de moestuin. Het leek aanvankelijk iets te zijn wat ver weg leek. Een ideaal, een droom. Velen van ons dachten, mooi hoor maar het zal wel niet waar zijn. Het deed ons denken aan die twee mensen die naar Parijs gingen. We weten allemaal hoe dat is afgelopen… ze gingen niet.
En zo ging het dus deze keer niet. We zijn begonnen aan een project met potentie. Het is geen luchtkasteel, het is waar. Mits we bereid er voor te werken.
Een moestuin is, net als liefde, ook een werkwoord…